En zo werd ik niet zolang geleden midden in de nacht met
knallende buikpijn wakker. Tot zover niets vreemds aan de hand, dit overkomt
mij regelmatig. Maar toen ik eenmaal onder de medicijnen weer in bed lag en aan
het puffen was alsof ik moest bevallen werd ik toch een tikkeltje angstig.
Dit
was niet normaal. Fred was inmiddels gealarmeerd en samen hadden we het erover
wat we doen moesten. We besloten het even aan te kijken en na een aantal
minuten zakte de pijn wat en probeerde ik weer in slaap te komen. Dat ging
echter niet al te best en dat kwam vooral omdat ik zo verrekte misselijk was.
Inmiddels was het zinloos om een arts te bezoeken want ik had, zoals we dat in
stomawereld noemen ‘output’. En zolang dat het geval is zal geen arts je midden
in de nacht naar het ziekenhuis halen, want er is geen acute situatie. De
volgende dag nam ik, zodra dat kon, contact op met mijn MDL-arts en kwam ik
niet verder dan de verpleegkundige. En inderdaad, zolang ik output had hoefde
ik niet langs te komen, tenzij mijn klachten verergerde. Dat was op dat moment
nog niet het geval, ik was ‘enkel’ heel heel erg geschrokken en had de ernstige
behoefte aan geruststelling.
Gaandeweg de dag werd ik zieker en zieker, wat zoveel wil
zeggen als: ik kreeg koorts. En toen ging bij mij pas het lampje branden dat ik
wel eens een buikgriep onder de leden kon hebben. Ik begrijp heel goed dat dat
voor velen niet te bevatten is. Een buikgriep is moeilijk te missen, maar ter
mijn verdediging, ik heb altijd buikpijn en slik medicijnen tegen de
misselijkheid omdat ik anders niet eten kan.
Dan ontstaat er wel eens
verwarring zullen we maar zeggen. En dus belde ik mijn eigen huisarts. Een
stoma, koorts en diarree is namelijk een hele slechte combinatie en eentje
waarvan ik maar zo in het ziekenhuis kan belanden. De schrik zat mij wederom in
de benen. Ik kreeg de assistente en zij schrok ook en zou, zodra het kon, aan
de huisarts doorgeven wat er loos was zodat er eventueel actie ondernomen kon
worden. Enfin, nog geen tien minuten later heb ik mijn eigen huisarts aan de
telefoon, hoe het met me gaat en wat de klachten zijn. Ik leg hem uit dat ik
koorts heb en diarree en dat ik bijzonder misselijk ben. Zo misselijk dat ik
amper kan drinken. Maar de beste man is niet onder de indruk. Hij verteld me
dat ik toch moet proberen te blijven drinken, ORS of sportdrank en desnoods in
hele kleine slokjes. Ook stelt hij me gerust, in principe ben ik niet slechter
af dan iemand die nog wel in het bezit is van zijn/haar dikke darm. “Met
een buikgriep hebben die mensen daar ook niets aan, daar verschil jij nu dus
niet zoveel van”, zo verteld hij. Maar ik moet onmiddellijk bellen als ik het
niet vertrouw, dan komt hij zo snel mogelijk kijken hoe het er voor staat en of
ik verscheept moet worden naar het ziekenhuis voor een infuus. En zo zak ik
gerustgesteld terug in de kussens en val in een diepe griepslaap.
Na een tijdje word ik wakker van een hoop gerommel. Nog daas
van de slaap en de koorts schiet het door mijn gedachten dat het onweert. Maar
als ik wat beter probeer te luisteren valt het me op dat het gerommel samenvalt
met de krampen in mijn buik. En als ik echt goed wakker ben weet ik zeker dat
het mijn buik is die zoveel decibellen produceert. In slaap vallen lukt niet
meer met zoveel herrie en ik lig een tijdje naar het plafond te staren. Als dat
begint te vervelen probeer ik te
bedenken wat het is dat ik kan gaan doen. “Kom op”, spreek ik mijzelf toe, “hier
ben je goed in. Kijken wat er nog mogelijk is als je er zo beroerd bij ligt, al
was het maar om de afleiding.” In gedachten begin ik af te strepen, ik heb de
concentratie niet om te kunnen lezen en ik heb te veel hoofdpijn om muziek te
kunnen luisteren. Al snel kom ik uit bij tv kijken maar ook hier loop ik tegen
beperkingen op. Als ik de concentratie niet heb voor een boek heb ik dat zeker
niet voor een ingewikkeld filmverhaal. En een actiefilm valt ook snel af omdat
dat meestal samenkomt met een hoop geknal en explosies en ik heb nog steeds
hoofdpijn. Nu zelfs iets meer van al dat nadenken. Gelukkig hebben wij Netflix
en ik scroll een beetje door alles wat ik eventueel zou kunnen bekijken als ik
blijf hangen bij Downton Abbey. Een kostuumdrama, zo beloofd de beschrijving en
ik doe eens gek en klik op bekijken. En voor ik het weet zit ik midden in het
verhaal.
Dat begint op het moment dat de Titanic gezonken is met aan
boord twee erfgenamen van de aristocratische familie Crawley. Door het
overlijden van deze twee komen de graaf en gravin in ernstige problemen. Door
een wettelijke constructie dreigen zij nu hun fortuin kwijt te raken als er
geen wettige erfgenaam is. Daar de familie enkel in het bezit is van dochters,
gaat het beoogde fortuin aan hun neus voorbij en moet er met spoed gezocht
worden naar wie er dan in aanmerking komt voor het grote geld. Dat is tevens
het startsein voor een hoop manipulatie en intrige. Ik vergaap me aan de enorme
rijkdom die voor mijn neus verschijnt en probeer de hiƫrarchie te ontdekken in
de familie en het personeel. Ik zie dat de keuzes die de er binnen de familie
gemaakt worden vooral gebaseerd zijn op wat er door het personeel wordt
ingefluisterd maar dat dat uiteraard altijd gebracht wordt alsof ze zelf op dat
idee zijn gekomen. Al snel weet ik aan wie ik een enorme hekel heb (Mary) en
met wie ik graag een high tea zou willen (Violet, een glansrol van Maggie
Smith) ik mopper hardop als Robert weer eens stug doet en wil een butler als
Carson. Vol verbazing en met afgrijzen
hoor ik het vonnis aan van meneer Bates (iedereen weet toch dat zijn aanstaande
ex hem er in wilde luizen!!) en sla mijn handen ten hemel als men weer eens in
de trucjes van Thomas en O’Brien trapt. Ik kijk mijn ogen uit, er gebeurd he-le-maal
niets en tegelijkertijd gebeurd er heel erg veel. Zo gaat de dag voorbij, ik
slaap, drink kleine slokjes, probeer zo gemakkelijk mogelijk te liggen (waar ik
niet in slaag, werkelijk alles doet me zeer) en kijk Downton Abbey.
Midden in
de nacht, als ik al een uurtje wakker lig van de buikpijn en de koorts en er in
geen velden of wegen zicht is op slaap, zet ik de tv weer aan om nog een
aflevering te kijken. Dat kan makkelijk, ik word tot mijn grote frustratie
namelijk altijd ziek als Fred moet werken en hij heeft nu nachtdienst. En
wederom word ik er in gezogen. Inmiddels is de familie Crawley alweer hard op
weg naar een volgend bankroet maar wonder boven wonder krijgt de inmiddels
opgesnorde erfgenaam via een achterdeur nog een erfenis in de schoot geworpen
en besluit dat geld in Downton te stoppen. Gelukkig maar, aan mijn lijf te
voelen ben ik nog wel even ziek en moet ik me de volgende dag ook nog zien te
vermaken, maar nu Downton gered is zit ik geramd.
En zo lig ik een aantal dagen op de bank. Het goede nieuws
dat Fred de laatste nacht vrij had genomen zodat ik uit kan zieken brengt bij
mij een hoop rust. Hoef ik gelukkig niet met koortsbenen de hond uit te laten
of boodschappen te doen en eten te koken om zo de hele familie aan te steken.
Mijn lieverd sjouwt wat af met appelsap, biscuitjes en paracetamol.
In de
spaarzame momenten dat hij vind dat hij even rustig kan zitten schuift hij aan
op de bank. In eerste instantie om een spelletje op zijn telefoon te doen (ik
heb immers de tv in gebruik) maar steeds vaker zie ik hem meegluren en het
duurt dan ook niet lang voordat ik de eerste vragen op mij af gevuurd krijg.
“Bij wie hoort die ook al weer?” en “waarom wilde hij eerst niet met haar
trouwen en nu wel?” en voor hij het goed en wel in de gaten heeft zit ook Fred
middenin Downton. En heeft hij ook een hekel aan Mary en wil hij ook een butler
zoals Carson maar liggen we bovenal samen in een deuk om de strijd tussen
Violet en Isobel. Terwijl wij de laatste afleveringen bekijken knap ik weer op
en krijg ik dromen over broodjes gezond en tomatensoep. Iets wat prompt gekocht
en klaargemaakt wordt door mijn lief. En heel langzaam houd de herrie in mijn
buik op en wordt het weer stil in huis. Heerlijk wat een rust! En zo zit ik
dan, vier dagen nadat ik bij de enkels afbrak, ineens weer lekker mee te eten
aan de keukentafel. Kleine beetjes, dat dan weer wel, maar toch. Heel langzaam
kom ik weer een beetje tot mezelf. En kom ik weer toe aan de dingen die ik zo
graag doe. Ik ben blij dat ik beter ben, echt waar. Maar stiekem mis ik Downton.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten