Wie even in zijn geheugen graait kan zich wellicht
herinneren dat ik vorig jaar een dagje naar de sauna ben geweest met mijn lieve
vriendin Marion. Ik had er zelfs een blog over geschreven maar nooit
gepubliceerd want hoewel het een heerlijke dag was, was het ook een beetje een
beladen dag geweest. Ik ging namelijk voor het allereerst helemaal met de
billen bloot in het bijzijn van vreemden. En natuurlijk kijken mensen. Het
einde van het liedje was dat ik een koosjeoriginal onwaardige blog geschreven
had en ik beloofde plechtig beterschap en verbetering. Die revanche kreeg ik
toen Marion mij begin dit jaar vertelde dat zij vrijkaartjes had voor de sauna
en of ik zin had om samen met haar en haar dochter Imke mee te gaan? Duh! Ik
deed een klein stiekem vreugdedansje van glunderend geluk.
En zo kroop de tijd voorbij want, hoewel ik me echt over wat
heen moest zetten de eerste keer, had ik toen toch een erg leuke en vooral
ontspannen dag gehad. Eentje die zeker voor herhaling vatbaar was. Vooral toen
ik mijzelf eens even flink had toegesproken, zo in de trant van: “Je weet toch
dat mensen kijken als ze iets anders zien dan anders.” Ja dat wist ik, moest ik
schoorvoetend aan mezelf beamen. En ik had deze keer een troef achter handen,
dacht ik tevreden. Zo gingen de weken voorbij en bladerde ik bijna dagelijks
door mijn agenda om eerst af te tellen hoeveel weken en daarna hoeveel dagen
het nog zou duren voor het zover was. Omdat ik niet zo lekker in mijn vel zat
en logischerwijs er dus niet veel op uit kon trekken om andere avonturen te
beleven kropen de dagen voorbij. En een absurd maar waar feitje; toen de dag
eenmaal bijna aangebroken was moest ik me ineens nog haasten om alles naar goed
saunafatsoen te krijgen.
De dag van te voren had ik, naar ik vond, voldoende voorwerk
gedaan door het weerbericht te kijken. Dat heeft natuurlijk geen enkele waarde
als je naar een sauna gaat maar op de één of andere manier leek het me
belangrijk dat het mooi weer zou worden. Dat het de weken ervoor slecht weer
was en ik met mijn krakkemikkige lijf totaal geen energie had voor het ontharen
van benen en oksels ging dan ook compleet langs mij heen. Dat ik de volgende
dag in mijn blote niksie ten tonele moest verschijnen drong ’s avonds, toen het
al heel laat was, pas tot mij door. Ik kreeg er van schrik een kleur van en
stuurde mezelf met grote spoed onder de douche. Daar bedacht ik me ineens dat
de dag dat ik het erger vond om met harige benen en oksels de sauna in te gaan dan
met een stoma was aangebroken. Tevreden
kon ik mijn bedje inkruipen waar ik al snel wegdoezelde om weer wakker te schrikken
omdat het me toen ineens te binnen schoot dat ik mijn tas nog in moest pakken. En
geloof me, ik wilde wel maar mijn lijf zei: “NEE! Nu gaan we eerst slapen……” Ik
ben het niet vaak met mijn lijf eens maar hier moest ik wel, ik was domweg te
moe.
De volgende morgen moest ik dus even flink doorwerken wilde
ik op tijd klaar staan om de deur open te maken voor Marion en Imke. En dat
lukte, wat op zich een klein wonder was omdat ik altijd alles drie keer nakijk
voor ik er zeker van ben dat ik echt alles heb. Dat leer je vanzelf als je één
keer zonder stomamateriaal hebt gestaan terwijl je een enorme lekkage hebt
zullen we maar zeggen. Het was ook een wonder omdat ik ruim voor de afgesproken
tijd al klaar zat en dacht dat ik nu heel lang zou moeten wachten voor ik
opgehaald zou worden maar de bel al ging toen ik net het eerste slokje koffie
wilde nemen. Ik was dus niet de enige
die niet meer kon wachten. Maar we moesten wel, we mochten immers pas om tien
uur naar binnen. Al kletsend probeerden we de klok vooruit te kijken en
uiteindelijk besloten we dan maar wat vroeger te gaan. Eer we er waren en ook
echt daadwerkelijk naar binnen konden was het vast al tien uur geweest.
Het klopte dat er een rij voor de balie stond maar die liep
gelukkig vlug door. Ik kon nog net, voor we aan de beurt waren, de anekdote van
de magnetron delen met Imke. “De vorige keer dat we hier waren kwam er, terwijl
we in de rij stonden, een medewerkster langs met een magnetron in de armen”,
vertelde ik haar. “Dus zegt je moeder ineens tegen mij: ‘Goh, zouden ze die
gebruiken voor de hotstone massage?’” We bulderden van het lachen. Grinnikend
ging ik verder: “Het werd helemaal hilarisch toen we ons hardop af gingen
vragen waar ze de stenen vandaan haalden, vooral toen we ze her en der buiten
zagen liggen. Dat verwacht je niet he bij zo’n duur wellness centrum, dat ze de
stenen gewoon uit de tuin halen en opwarmen in een oude magnetron?” Sommige
mensen kijken ons een beetje verstoord aan, kennelijk verbreken we nu al de
rust waar we geacht worden ons aan te onderwerpen deze dag.
Gelukkig zijn we
aan de beurt en de mevrouw achter de balie vraagt of we alles wat we nodig
hebben vandaag ook bij ons hebben. “Uw badjas?” Check! “Flesje water? Check! “Badslippers?”………...”Ai!”, roep ik uit met
een hoogrode kleur op de wangen. “Ik wist dat ik wat vergeten
was…..potverdorrie en dan heb ik alles nog wel zo goed nagekeken!” In plaats
van mij al zen te voelen nu ik bijna door de poorten van het wellnesswalhalla
ben schiet mijn stresslevel mijlenver in het rood. Maar gelukkig is de
receptioniste niet voor één gat te vangen en ze vraagt me naar mijn schoenmaat
om vervolgens een paar kersverse badslippers tevoorschijn te toveren. Pieuw,
gelukkig maar. Ging het al bijna mis voor we binnen waren.
Hoewel het mijn
tweede keer is sta ik toch een beetje onwennig in de kleedkamer. Nu komt het er
weer op aan en is straks voor iedereen duidelijk dat ik in een zakje poep. Op
zo’n moment kan je twee dingen doen: je kan gaan treuzelen om het moment zo
lang mogelijk uit te stellen of je bijt in één keer door de zure appel heen. Ik
kies voor de laatste benadering…….om vervolgens toch maar zo snel mogelijk mijn
badjas aan te trekken. Al kletsend lopen we naar de douche en daar bedenken we
wat we vandaag allemaal willen doen. Uiteraard lekker in de sauna zitten, maar
we willen ook scrubben, toch nog een keertje de klankschalen doen en Imke wil
heel graag de ‘Harry-Potter-ervaring’ in het hamambad. We besluiten onze dag te
beginnen bij de rozensauna. Ik ontspan onmiddellijk zodra we in de heerlijk
warmte zitten.
De dag vliegt om, zo gaat dat met dingen waar je je heel
lang van te voren op verheugd. We doen alles wat we graag wilden doen op deze
dag en zelfs ietsje meer. Ik krijg eindelijk het koelen na een saunasessie
onder de knie en aan het einde van de dag sta ik (bijna) helemaal onder de
koude douche. Marion durft tot drie keer toe onder de koude nevel. We bibberen
wat af en dat is een hele verbetering bij de vorige keer toen we koelden door
buiten te lopen. We zitten heerlijk te eten in het restaurant waar je gewoon
lekker met je voeten op de bank en het bord op schoot mag. We liggen uren met
onze oren onder water naar muziek te luisteren in het hamambad (juist ja, de
Harry-Potter-ervaring) We zijn getuige van een kleine schermutseling voor de sauna
waar de klankschalensessie plaats zal vinden, wat toch een smetje op de dag is.
Ik geef het grif toe. Kennelijk is niet iedereen helemaal zen in een
wellnesscentrum. Maar we schudden het van ons af en genieten van de
infraroodsauna, het zoutscrubben en nog maar een keertje met de oortjes onder
water in het hamambad, door ons liefdevol omgedoopt tot aquarium. Het is ’s
avonds rond een uur of zes als we zo moe zijn dat we niet meer kunnen en
besluiten naar huis te gaan. Ik bedank Marion en Imke voor de heerlijke dag,
knuffel ze eens flink en zwaai ze uit
tot ze om de hoek zijn verdwenen en ik ze niet meer kan zien.
“Goh”, verzucht ik als ik ’s avonds met mijn lief achter de
koffie zit, “Heb ik toch nog een aantal mensen een happy ending gegeven
vandaag.” Fred verslikt zich in zijn koffie en kijkt mij niet begrijpend aan.
Iets wat ik hem niet kwalijk neem na zo’n opmerking. Dus ik leg uit: “Normaal
gesproken kijken mensen toch naar mijn stoma. Dat geeft niet, dat is nou
eenmaal zo. Maar nu zien ze eerst mijn stoma en dan trekt hun oog toch naar
mijn gloednieuwe, enorme tattoo. En ik heb ze praktisch allemaal zien
glimlachen toen ze die in het vizier kregen.” Ik zie dat het kwartje valt.
Hoewel ik de vorige keer een hele leuke dag had gehad kon ik de loerende ogen
maar niet van me afschudden en heeft het lang geduurd voor ik het los kon
laten. Zodra mensen je poepzakje en je leeftijd in de gaten krijgen komt er
altijd iets van medelijden in hun ogen. En ik ben niet zielig, ik heb alleen
een tikkeltje pech gehad in het leven. Nu is het laatste waar ze naar kijken mijn
tattoo en lopen ze door met een glimlach op hun gezicht in plaats van
medelijden. Persoonlijk vind ik dat een veel positiever einde van ons
toevallige treffen. Want het is niet erg, het is alleen anders. En das best een
mooie troef om in handen te hebben.